Ga naar de inhoud

Sluiting tien maanden na ontmanteling hennepkwekerij niet meer geschikt

Laatst gewijzigd op: 01-08-2025

ABRvS 16 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:2923

beeld van vrouwe justitia tegen een blauwe achtergrond

ABRvS 16 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:2923

De burgemeester van Maastricht sluit een huurwoning voor 3 maanden na de vondst van 124 hennepplanten. Door een laat genomen besluit en de bezwaar procedure, ligt de sluitingsdatum tien maanden na aantreffen van de overtreding.

De Afdeling oordeelt dat het middel sluiting niet meer geschikt is om de beoogde doelen te bereiken vanwege het tijdsverloop. De overtreding is reeds beëindigd door ontruiming van de hennepkwekerij en er zijn sindsdien geen nieuwe relevante feiten aangetroffen.

De beperkte sluitingsrapportage bevatte geen aanwijzingen voor structurele overlast, recidive of herhaald crimineel gebruik van het pand. De burgemeester motiveerde de sluiting vooral met de ernst van de overtreding en de signaalfunctie van de maatregel.

De Afdeling benadrukt dat een bestuursrechtelijke herstelsanctie niet primair bedoeld is als afschrikking te dienen. De sanctie moet gericht zijn op herstel in de oorspronkelijke dan wel rechtmatige toestand en het voorkomen van herhaling. De situatie is in dit geval al hersteld en voor rechtvaardiging van sluiting ter voorkoming van herhaling is gezien het tijdsverloop in deze zaak meer nodig dan de stelling dat de beëindigde overtreding ernstig was en dat de woning in een voor drugscriminaliteit gevoelige wijk ligt. Woningsluiting krijgt in deze omstandigheden eerder een soort ‘schandpaalfunctie’ dan een herstelfunctie.