Ga naar de inhoud

Recente uitspraken over de toepassing van artikel 13b Opiumwet

Laatst gewijzigd op: 01-08-2025

Op deze pagina vind je een overzicht van de nieuwste juridische uitspraken over de toepassing van artikel 13b Opiumwet. Dit overzicht is in samenwerking met het Centrum van Openbare Orde en Veiligheid van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) gemaakt en wordt maandelijks bijgewerkt.

beeld van vrouwe justitia tegen een blauwe achtergrond

Zwangere dochter had bijzondere binding met woning (overzichtsuitspraak)

ABRvS 16 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:2922

De burgemeester van Rotterdam sluit een woning voor 6 maanden na de vondst van onder meer 8 gram MDMA, 9,8 gram cocaïne, €44.580 aan contant geld en een groot aantal wapens. De doorzoeking van de woning was onderdeel van een grootschalig witwasonderzoek. De Afdeling besluit een overzichtsuitspraak te doen, waarin zij voorafgaand aan de bespreking van het individuele geval, zal ingaan op het karakter van de bevoegdheid, de intensiteit waarmee de bestuursrechter toetst, evenals de invulling van de toetsingselementen ‘geschiktheid, ‘noodzakelijkheid’ en ‘evenwichtigheid’.

In de onderliggende uitspraak oordeelt de Afdeling, anders dan de rechtbank, dat de sluiting noodzakelijk is gelet op de ernst van de situatie. De woning was betrokken bij georganiseerde drugshandel, er was sprake van eerdere politie-aandacht en er waren risico’s op ripdeals. Ten aanzien van de evenwichtigheid van de sluiting oordeelt de Afdeling echter dat de gevolgen van de sluiting onevenredig zijn. De burgemeester had niet voorbij mogen gaan aan de persoonlijke omstandigheden van appellante, die ten tijde van de sluiting hoogzwanger was. Haar zwangerschap levert een bijzondere binding met de woning op, mede omdat zij alleenstaand is, haar vader in detentie zit en zijzelf geen vervangende woonruimte kan regelen. Daar komt bij dat de sluiting voor een verhoogd stressniveau zorgt, wat directe gevolgen kan hebben voor de gezondheid van het ongeboren kind. Dit alles tezamen levert een bijzondere omstandigheid op, waardoor de burgemeester had moeten afzien van sluiting.

Zware gevolgen sluiten woning niet onevenredig bij herhaalde drugshandel

ABRvS 16 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:3262

De burgemeester van Alkmaar sluit een huurwoning voor 12 maanden (later 6 maanden) na de vondst van verschillende soorten harddrugs, contant geld, dealmaterialen en meldingen over drugshandel vanuit de woning. De bewoner heeft meerdere strafbare antecedenten op zijn naam staan en is psychisch kwetsbaar, waardoor hij afhankelijk is van zijn woning. Daarnaast zou hij door de sluiting zijn zoon niet meer kunnen zien. De Afdeling oordeelt dat de burgemeester voldoende rekening heeft gehouden met de situatie van de bewoner. Het verlies van de woning is het gevolg van eigen keuzes, er was geen medische noodzaak om in de woning te blijven, en omgang met zijn zoon werd ook door andere factoren bemoeilijkt. Gezien de ernst van de overtreding en de verwijtbaarheid is de sluiting niet onevenredig.

Sluiting tien maanden na ontmanteling hennepkwekerij niet meer geschikt

ABRvS 16 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:2923

De burgemeester van Maastricht sluit een huurwoning voor 3 maanden na de vondst van 124 hennepplanten. Door een laat genomen besluit en de bezwaar procedure, ligt de sluitingsdatum tien maanden na aantreffen van de overtreding. De Afdeling oordeelt dat het middel sluiting niet meer geschikt is om de beoogde doelen te bereiken vanwege het tijdsverloop. De overtreding is reeds beëindigd door ontruiming van de hennepkwekerij en er zijn sindsdien geen nieuwe relevante feiten aangetroffen. De beperkte sluitingsrapportage bevatte geen aanwijzingen voor structurele overlast, recidive of herhaald crimineel gebruik van het pand. De burgemeester motiveerde de sluiting vooral met de ernst van de overtreding en de signaalfunctie van de maatregel. De Afdeling benadrukt dat een bestuursrechtelijke herstelsanctie niet primair bedoeld is als afschrikking te dienen. De sanctie moet gericht zijn op herstel in de oorspronkelijke dan wel rechtmatige toestand en het voorkomen van herhaling. De situatie is in dit geval al hersteld en voor rechtvaardiging van sluiting ter voorkoming van herhaling is gezien het tijdsverloop in deze zaak meer nodig dan de stelling dat de beëindigde overtreding ernstig was en dat de woning in een voor drugscriminaliteit gevoelige wijk ligt. Woningsluiting krijgt in deze omstandigheden eerder een soort ‘schandpaalfunctie’ dan een herstelfunctie.

Vader niet verantwoordelijk voor drugsactiviteit zoon

ABRvS 16 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:2924

De burgemeester van Delft sluit een woning voor 3 maanden nadat de vriendin van de zoon van de bewoner (appellant) het huis verliet met een grote hoeveelheid softdrugs en contant geld. In de woning zelf werden slechts beperkte hoeveelheden drugs en verpakkingsmateriaal aangetroffen. De zoon had een strafblad, maar de vader (appellant) was op het moment van het incident niet thuis en was niet op de hoogte van drugsactiviteiten. De Afdeling oordeelt dat hem geen verwijt treft en dat er geen eerdere aanwijzingen waren dat de woning als drugspand fungeerde. De sluiting leidde ertoe dat de vader zijn huurwoning verloor. Gezien de ingrijpende gevolgen en het ontbreken van verwijtbaarheid, oordeelt de Afdeling dat de sluiting onevenredig was.

Sluiting noodzakelijkheid ondanks nieuwe huurder

ABRvS 16 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:3261

De burgemeester van Rotterdam heeft een woning voor drie maanden gesloten nadat daar een professioneel drugslab werd aangetroffen. De nieuwe huurder (appellant) betoogt dat hem geen verwijt treft: hij had de woning pas ná het incident gehuurd en stelt dat sluiting niet noodzakelijk was. De Afdeling oordeelt echter dat de sluiting rechtmatig en evenwichtig is. De woning speelde een centrale rol in de productie van harddrugs en was daardoor bekend in het criminele circuit. Hoewel de huurder zelf niet betrokken was, is sluiting nodig om de risico’s voor de omgeving weg te nemen en herhaling te voorkomen. Het ontbreken van overlastmeldingen en de snelle verhuur zijn daarvoor onvoldoende.

Sluiting kleine hennepkwekerij niet noodzakelijk

ABRvS 16 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:3263

De burgemeester van Nijmegen sluit een woning voor de duur van 3 maanden na de vondst van een in werking zijnde hennepkwekerij met 25 hennepplanten en een tweede, niet werkende kwekerij in een uitgegraven kruipruimte onder de woning. De bewoners betwisten betrokkenheid betogen dat de planten deels op het perceel van de buurvrouw stonden, dat zij niet verantwoordelijk zijn en dat sluiting disproportioneel is. Hoewel de burgemeester stelde dat de woning een rol speelt in de drugsketen en gelegen is in een kwetsbare wijk, oordeelt de Afdeling dat dit onvoldoende onderbouwd is. De hoeveelheid planten was relatief gering, van daadwerkelijke handel was geen concreet bewijs, gevaarzetting was na ontmanteling verdwenen en er zijn verder geen concrete aanwijzingen dat de woning deel uitmaakte van een groter crimineel netwerk. De sluiting was daarom niet noodzakelijk.

Aangetroffen handelshoeveelheid drugs, wapens en geld wijzen op drugshandel vanuit woning

ABRvS 16 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:3264

De burgemeester van Nijmegen sluit een woning voor 3 maanden nadat bij een huiszoeking meerdere soorten hard- en softdrugs, een groot geldbedrag en meerdere wapens zijn aangetroffen. De bewoner was kort voor de doorzoeking al gearresteerd met ruim 1 kilo hennep en bijna €10.000 contant geld. De Afdeling oordeelt dat deze omstandigheden voldoende aannemelijk maken dat vanuit de woning in drugs werd gehandeld. De sluiting is noodzakelijk om de bekendheid van de woning in het criminele circuit weg te halen. De aanwezigheid van twee minderjarige kinderen maakt dit niet anders: de burgemeester heeft hier al rekening mee gehouden via een ruime begunstigingstermijn. De sluiting is dus niet onevenwichtig.

Sluiting woning vanwege professionele hennepteelt niet onevenwichtig, plaatsing bord aan weg wel onrechtmatig

ABRvS 16 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:3265

Na het aantreffen van een professioneel ingerichte hennepkwekerij in een woning besluit de burgemeester van Uithoorn tot sluiting voor de duur van 3 maanden. De Afdeling oordeelt dat er sprake was van bedrijfsmatige teelt met meerdere eerdere oogsten en dat de woning een rol vervulde binnen het drugscircuit. Sluiting was noodzakelijk en niet onevenwichtig, ondanks de gevolgen voor de minderjarige dochter. De burgemeester mocht ervan uitgaan dat beide bewoners een verwijt trof. De sluiting was ook voldoende zorgvuldig, inclusief sluiting van de bijbehorende schuur. De burgemeester had wel af moeten zien van plaatsing van een groot bord aan de openbare weg. Dat ging verder dan nodig was voor kenbaarheid van het sluitingsbevel. De uitspraak wordt op dat punt vernietigd. De Afdeling kent tevens een schadevergoeding van €1.000 toe wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Sluiting niet geschikt vanwege tijdsverloop en gewijzigde situatie

ABRvS 16 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:3266

In een woning in Ridderkerk werd bij de zoon van appellanten 20,8 g cocaïne aangetroffen in ponypacks, verspreid over zijn slaapkamer en de schuur. De burgemeester ging over tot sluiting van de huurwoning voor de duur van 3 maanden. De rechtbank vernietigde dit besluit wegens onvoldoende motivering van de noodzakelijkheid en evenredigheid. De Afdeling bevestigt dit oordeel. Hoewel sprake was van een handelshoeveelheid en de woning een rol als ‘bewaarpand’ vervulde, heeft de burgemeester onvoldoende aandacht besteed aan het tijdsverloop (4 maanden) en de inmiddels gewijzigde situatie (zoon is naar buitenland vertrokken). Sluiting was daarom niet meer geschikt. Daarbij woog ook mee dat de ouders slechts een beperkt verwijt trof en de sluiting ernstige gevolgen had, zoals het verlies van de woning en plaatsing op een zwarte lijst voor huurders.