Ga naar de inhoud

Bemiddelingsbureau vermindert niet de verwijtbaarheid van de verhuurder

Laatst gewijzigd op: 11-02-2025

ABRvS 19 juli 2023, ECLI:NL:RVS:2023:2774

beeld van vrouwe justitia tegen een blauwe achtergrond

ABRvS 19 juli 2023, ECLI:NL:RVS:2023:2774

De burgemeester van Eindhoven sluit een woning voor de duur van vier maanden na aantreffen van een hennepkwekerij in een huurwoning. Appellant is verhuurder van de woning en verhuurde de woning via een bemiddelingsbureau (Budget Housing). De verhuurder heeft aangifte gedaan tegen de huurder vanwege bedreiging, mishandeling en vernieling van een elektrische installatie in de woning. Daarnaast heeft hij bij de politie verklaard dat er een hennepkwekerij in de woning was. De politie heeft naar aanleiding van deze melding de woning doorzocht. Tijdens de doorzoeking zijn de restanten van een geruimde hennepkwekerij aangetroffen. In de woning lagen alleen nog isolatiemateriaal, een watervat met dompelpomp en groeibenodigdheden. Appellant heeft de kwekerij zelf opgeruimd en de hennep weggegooid. Uit het onderzoek bleek ook dat de huurders van het pand geen voldoende middelen hadden om de woning te huren.

Wat betreft de evenwichtigheid van de sluiting het volgende: Hoewel appellant niet betrokken is geweest bij de hennepkwekerij en de aangetroffen hennep kan hem wel enig verwijt treffen. Appellant kende de huurders niet en heeft geen onderzoek gedaan naar de inkomsten van de huurders. Volgens appellant was dit niet zijn taak en plicht, omdat hij hiervoor een bemiddelingsbureau had ingeschakeld. De Afdeling gaat hier echter niet in mee. Van de eigenaar van een woning mag verwacht worden dat hij zich tot op zekere hoogte informeert over het gebruik van het verhuurde object. Daarnaast is appellant op het moment dat hij de hennepkwekerij heeft aangetroffen, niet direct naar de politie gegaan. Hij heeft eerst het bemiddelingsbureau geïnformeerd.

Appellant betoogt daarnaast dat er sprake is van rechtsongelijkheid, omdat de burgemeester niet overgaat tot sluiting na vondst van hennepkwekerijen in woningen van woningbouwcoöperaties. De Afdeling oordeelt echter dat het belang van optreden zwaarder weegt bij particuliere verhuurders dan bij woningbouwcorporaties, omdat particulieren ieder willekeurig persoon kunnen huisvesten en een commercieel motief hebben. Daarnaast bestaan lange wachttijden in de sociale huursector en hebben steeds meer mensen in deze sector een urgent woonprobleem. Het is daarom van belang dat woningen snel weer vrijkomen, zodat de doorstroom in deze sector wordt bevorderd, aldus de Afdeling.