Ga naar de inhoud

Terugblik kwartaalsessie 19 juni Breda

Laatst gewijzigd op: 24-06-2025

Tijdens de kwartaalsessie Lokale Cyberweerbaarheid van het CCV en CyberConnect – het regionale samenwerkingsverband uit de regio Zeeland/West-Brabant - kwamen partners als het OM, de politie, PVO, ministeries en de gemeenten in de regio Zeeland West-Brabant op 19 juni samen in Breda. Een middag vol inzichten, verbinding én urgentie rondom de cyberweerbaarheid van mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB).

Jongeren zitten naast elkaar

Plenaire opening door cyberburgemeester

Cyberburgemeester Lieke Schuitmaker van Alphen Chaam opende de bijeenkomst en beantwoorde de vraag: Wat is eigenlijk een cyberburgemeester? Iemand die cyberveiligheid op de kaart zet, het gesprek aangaat met andere regio’s en kijkt wat er nodig is op het thema. Niet alleen de politie of het OM, maar ook de burgemeester kan helpen!

Cyberburgemeester Lieke Schuitmaker van Alphen Chaam spreekt tijdens kwartaalsessie cyberweerbaarheid van het CCV
Cyberburgemeester Lieke Schuitmaker van Alphen Chaam opende de bijeenkomst

Het verhaal van Daan (14) werd gedeeld. Daan heeft een licht verstandelijke beperking en moeite met gevoelens en sociale contacten. Daan heeft weinig vrienden en wanneer twee jongens met mooie kleding en aanzien hem aanspreken is dat fijn. De jongens op school beloven hem snel geld, en voor hij het weet is hij geldezel – zonder dat hij de gevolgen overziet. Dit gaat mis. Zijn rekening wordt geblokkeerd, de politie staat aan de deur, en hij wordt doorgestuurd naar Halt. Daan staat symbool voor een grote groep jongeren die we deze dag centraal stelden. Jongeren die we willen beschermen, versterken en begeleiden.

De middag liet zien dat we dit alleen samen kunnen doen. De kracht van deze bijeenkomst zat in de mix van mensen: onderwijs, jeugdhulp, gemeenten, politie, OM én wetenschap werkten samen aan één doel: een veilige digitale leefwereld voor kwetsbare jongeren.

Astrid van Erk, docent-onderzoeker en Rick van der Kleij, Lector Cyberweerbare Organisaties van Avans Hogeschool werden verwelkomd bij het netwerk van CyberConnect. Mooi om te zien hoe onderzoek, onderwijs, praktijk en beleid elkaar hier gaan versterken.

Updates City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime

Dagvoorzitter Roy Tomeij en CCV-adviseur Martijn Krijnsen tijdens de kwartaalsessie cyberweerbaarheid in Breda.

Dagvoorzitter Roy Tomeij haalde het CCV-team Cyberveiligheid naar voren om een update te geven over de laatste stand van zaken ronde de City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime.

In mei vond een inspirerende meet-up plaats, georganiseerd in samenwerking met de gemeente Amsterdam en de Port of Amsterdam. Projecten deelden hun voortgang en leerervaringen.

De projecten rondom cyberbreinen – Amsterdam, Almere en HackShield – boeken mooie resultaten. Via gastlessen zijn al 30 jongeren geworven voor de “Challenge the Cyber” hackathon op het ROC Zuidoost en bij CTRL The Port wordt gewerkt met jong talent in de haven. Almere traint volop professionals, het handboek is af en HackShield biedt nu begeleiding bij afnemers van het programma. De komende periode wordt de praatplaat ‘klantreis Cyberbreinen’ afgerond.

Het project Digitaal niet te Foppen lanceerde een Wikiwijs-pagina met lesmateriaal en onderzoeken over cybercrime in het onderwijs en andere ondersteunende instrumenten om cyber in het curriculum vorm te geven.

De projectleiders van Cyberouders hielpen ouders met vragen over media-opvoeding en zetten een netwerk aan cyberouders op die gastlessen gaven op scholen. Op 3 juni deelden ze hun ervaringen met het project en hun toolkit in Castricum voor andere professionals.

Tot slot werkt het Cyber Experience-initiatief met jongeren met een LVB (gemeente Breda) en een theatergroep aan een belevingsscenario om risico’s rondom cybercrime voor deze doelgroep beter herkenbaar te maken.

De interactieve film ‘Echt of nep’ voor senioren wordt positief ontvangen. De bijbehorende PowerPoint-presentatie is inmiddels 148 keer opgevraagd en de online versie is al meer dan 1.000 keer gebruikt. De film is recent doorontwikkeld, maar op dit moment zijn er geen plannen voor verdere uitbreiding. Wel wordt er gekeken naar de ontwikkeling van kleine aanvullende materialen, zoals een korte quiz van Seniorweb, die presentatoren kunnen ondersteunen bij het geven van hun sessies.

Het project Storytelling in Oost-Brabant, waarin op 28 locaties storytellingbijeenkomsten zijn georganiseerd, bevindt zich in de afrondende fase. Deze bijeenkomsten zijn mede mogelijk gemaakt door de inzet van vrijwilligers en zijn enthousiast ontvangen. Momenteel wordt gewerkt aan de ontwikkeling van ondersteunende producten, zodat ook andere regio’s of gemeenten eenvoudig storytelling-activiteiten kunnen opzetten. Vanuit het CCV wordt de laatste hand gelegd aan een e-learning; een train-de-trainer om vrijwilligers op te leiden als storyteller.

De status van de huidige City Deal mkb-projecten wordt gedeeld, zoals het project incident response en het onderzoek over de mkb-projecten: De ‘geautomatiseerde evidence-based gedragsinterventie’. Dit onderzoek betrekt ruim 8.000 mkb’ers. Het gaat om een interventiemethode die gebruikmaakt van geautomatiseerde kwetsbaarhedenscans om ondernemers – met name in het mkb – aan te zetten tot veiliger digitaal gedrag. De aanpak is gebaseerd op wetenschappelijk bewijs (evidence-based) en richt zich op drie basismaatregelen van het Digital Trust Center (DTC). Bij incident response gaat het om een gestructureerde aanpak voor het reageren op cybersecurity-incidenten. Het omvat acties op operationeel, tactisch en strategisch niveau, vergelijkbaar met een digitale brandweer die direct in actie komt bij een incident. Het doel is om schade te beperken, continuïteit te waarborgen en herhaling te voorkomen.

In iedere regio zijn er aanjagers actief: bevlogen professionals die als centrale figuren een sleutelrol spelen in de aanpak van online criminaliteit en cyberweerbaarheid. Zij kennen de lokale context, weten wat er speelt en zijn er om anderen op weg te helpen. Heb je vragen, ideeën of zie je kansen om samen te werken? De aanjager in jouw regio is jouw eerste aanspreekpunt.

Deze aanjagers vormen samen een landelijk netwerk, waarin kennis en ervaringen snel gedeeld worden. Door hen regelmatig bijeen te brengen, versnellen we niet alleen op regionaal niveau, maar ook landelijk. Zo zorgen we dat goede initiatieven niet op eilandjes blijven, maar juist breder worden opgepakt.

Weet je niet wie de aanjager in jouw regio is? Geen probleem – neem contact op met Martijn Krijnsen. Hij brengt je snel in contact met de juiste persoon.

Sociale media kunnen een aanzienlijke invloed hebben op de openbare orde. Steeds vaker verschijnen berichten in het nieuws over incidenten die (mede) via online platforms zijn ontstaan, zoals de rellen in Scheveningen. Om gemeenten weerbaarder te maken tegen dit soort ontwikkelingen, is het project Online Aangejaagde Ordeverstoringen opgezet. Binnen dit kader worden kennis en ervaringen gedeeld. In het City Deal OAOV-traject zijn inmiddels vier deelprojecten uitgevoerd. Meer informatie hierover is te vinden op de website van het CCV: City Deal OAOV-projecten.
De resultaten van deze projecten worden gepresenteerd tijdens het eindcongres van de City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime op 13 november.

Daarnaast brengt het CCV binnenkort een bezoek aan de Digikamer Breda om te evalueren hoe het project daar is verlopen. Wat ging goed, wat had anders gekund, en wat kunnen andere gemeenten hiervan leren? Het verloop wijkt af van wat vooraf werd verwacht – en juist dat maakt de opgedane inzichten zo waardevol.

De afgelopen jaren heeft het CCV intensief samengewerkt met CyberweerbaarNL. Deze samenwerking heeft geleid tot procesevaluaties en factsheets, die nu te vinden zijn op hun website. Op dit moment lopen er twee belangrijke onderzoeken:

  1. Effectevaluatie HackShield
    Onder leiding van het lectoraat van Remco Spithoven (Saxion) wordt onderzocht wat het effect is van HackShield op de cyber agency van jongeren en hun omgeving. Wat leren kinderen van het spel, en hoe bewust en weerbaar worden zij hierdoor?
  2. Pathways into cybercrime
    Dit onderzoek wordt uitgevoerd door het lectoraat van Rutger Leukfeldt (Haagse Hogeschool). Het richt zich op de vraag: Welke paden bewandelen jongeren richting cybercriminaliteit met een financieel motief? Welke factoren zorgen voor motivatie of zijn juist beschermend?

De resultaten worden 13 november gepresenteerd op het eindcongres van de City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime.

Alle resultaten van de afgelopen 5 jaar City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime worden gecommuniceerd via het webdossier Cybercrime op de CCV-website. Daarnaast worden er updates geven via de CCV-nieuwsbrief en het LinkedIn van het CCV Cybercrime Netwerk. Met als sluitstuk het eindcongres ‘Congres City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime, 5 Jaar impact & vooruitzicht’ op donderdag 13 november in het Van der Valk in Utrecht. Daar wordt zichtbaar wat de impact van vijf jaar inzet op lokale cyberweerbaarheid is, door nadruk te leggen op:

  • Behaalde resultaten
  • Duurzame samenwerkingen
  • Geleerde lessen
  • De noodzaak van blijvende aandacht voor kwetsbare doelgroepen.

Deze pijlers worden geladen met diverse programmaonderdelen zoals een talkshow, inspiratiesessies, informatiemarkt en een spreker met persoonlijk verhaal over weerbaarheid. In een magazine dat het CCV tijdens het congres uitdeelt aan de deelnemers kunnen de geleerde lessen worden teruggelezen.

Scènes door Helder theater

Helder Theater tijdens de kwartaalsessie cyberweerbaarheid van het CCV.

Tijdens de bijeenkomst werden de deelnemers op indrukwekkende wijze meegenomen door Helder Theater – met de acteurs Gerben Timmermans, Rik Hirdes en Louisa Peter – dat twee scènes opvoerde uit het CyberExperience-project van gemeente Breda. De scènes werden krachtig neergezet, met veel herkenning in de zaal. Door de interactieve opzet werd iedereen aan het denken gezet: over signalen, over weerbaarheid en over hoe we jongeren beter kunnen ondersteunen in hun digitale leefwereld.

  • Scène 1 – Online ronselen

Kevin (15) voelt zich vaak eenzaam en heeft weinig vrienden. Dan komt Milo in beeld – eindelijk iemand die hem aandacht geeft. Wat begint als vriendschap, eindigt in een verzoek om “gewoon even” een pakketje te versturen. Alleen blijkt het pakket drugs te bevatten…

  • Scène 2 – Sextortion

Lisa (14) leert online een leuke jongen kennen. Ze stuurt hem een naaktfoto, maar daarna verandert alles. Hij wil geld, en Lisa voelt zich klemgezet. Gelukkig komt het uiteindelijk goed wanneer haar ouders ingrijpen.

Presentatie ‘Weerbaar in de digitale wereld: online (jeugd)criminaliteit en LVB’

Sandy den Haan van RIEC tijdens de kwartaalsessie cyberweerbaarheid van het CCV.
Sandy den Haan

Sandy den Haan van het RIEC gaf een bevlogen presentatie over het voorkomen van jeugd in de criminaliteit. Er wordt een link gemaakt met jongeren met een licht verstandelijke beperking; deze groep ziet het RIEC steeds vaker terugkomen als inwisselbaar en snel inzetbaar in de georganiseerde criminaliteit.

Er wordt vaak gesproken over online criminaliteit als iets abstracts, maar wie écht luistert naar de verhalen uit de praktijk, hoort iets heel urgents: jongeren die structureel kwetsbaar zijn, vaak met een licht verstandelijke beperking (LVB), worden al op jonge leeftijd – soms al vanaf 8 jaar – online geronseld. Via Snapchat, TikTok of Instagram worden ze verleid met beloftes van status, geld en erkenning. Jongeren zonder een stevig sociaal netwerk of stabiele thuissituatie zijn hier bijzonder gevoelig voor. De verhalen over vijfhonderd euro per dag verdienen, populaire kleding dragen of gezien worden, zijn onweerstaanbaar als je zelf het gevoel hebt niks te verliezen.

En waar zijn wij? Niet op straat én niet online. Terwijl jongeren juist daar hun wereld vormen. Wat begint met een ogenschijnlijk onschuldig contact, kan eindigen in afglijden naar criminaliteit – vrijwillig of ergens in het grijze gebied.

De online wereld en offline gevolgen zijn al jaren onlosmakelijk met elkaar verbonden. Geweld is van alle tijden, maar de manier waarop jongeren erin worden meegetrokken verandert. Een treffend voorbeeld uit het verleden is de Facebookmoord in 2010. Wat begon als een online conflict, eindigde in dodelijk geweld.

Er is een groep jongeren die “uit het niets” een strafbaar feit lijkt te plegen. In werkelijkheid zijn deze jongeren vaak al wel in beeld bij professionals: scholen, jongerenwerk, sociaal wijkteam of gemeente. Alleen is het grijze gebied lastig te hanteren, zeker als de AVG samenwerking belemmert. We weten het, maar mogen het niet delen.

Een belangrijk inzicht is ook dat communicatie met ouders en jongeren vaak te ingewikkeld is. Voor LVB-doelgroepen is communicatie op B1-niveau essentieel maar een brief met drie opdrachten is vaak al te veel. Als een moeder niet naar een afspraak komt, betekent dat niet dat ze geen hulp wil – het is goed mogelijk dat ze de brief simpelweg niet begrijpt.

De online wereld beïnvloedt het gedrag van jongeren, ook offline. Als we jongeren willen bereiken, moeten we zelf zichtbaar zijn – online, op straat en in onze communicatie. Tegelijkertijd moeten we beter samenwerken, binnen de mogelijkheden van privacywetgeving. Als we jongeren willen beschermen, moeten we hun wereld leren begrijpen én daarin aanwezig durven zijn. Want als zij niets te verliezen hebben, dan moeten wij extra alert zijn op wat er op het spel staat.

Break-out rondes

Twee groepen deelnemers praten met elkaar tijdens de kwartaalsessie cyberweerbaarheid van het CCV.

Na de plenaire presentaties verdelen de deelnemers zich over diverse break-out sessies:

Spreker: Patricia Mulders, gemeente Breda

Omschrijving sessie: Het Cyber Experience-initiatief van de gemeente Breda heeft als doel de weerbaarheid van jongeren met een LVB tegen cyberdreigingen te versterken. Dit wordt bereikt door de ontwikkeling van een interactieve digitale leerervaring (virtual reality), waarbij jongeren in real-time kunnen ervaren hoe het is om slachtoffer te worden van cybercriminaliteit en tegelijkertijd leren zichzelf te beschermen. De Cyber Experience is in samenwerking met het lectoraat Cyberweerbare organisaties vanuit Avans Hogeschool ontwikkeld.

Tijdens deze sessie hebben we de bezoekers meegenomen in het ontwikkelingsproces van de VR.
Hoe zijn we gestart, waar staan we nu en waar gaan we naar toe waren onderdelen van de presentatie. Tevens hebben de studenten (Integrale Veiligheidskunde Avans Hogeschool) in het kader van hun afstudeeronderzoeken, de bezoekers meegenomen in hun onderzoeksresultaten rondom online oplichting, online ronselen en sextortion.

Opvallende uitspraken/tips: Er werden kritische vragen gesteld over het waarom van een VR, maar ook over de doelgroep zelf.

Afspraken/actiepunten: Het VR-projectteam staat aan de vooravond van de daadwerkelijke ontwikkeling van de VR, tijdens het eindcongres in november 2025 presenteren we het uiteindelijke prototype.

Wil je tussentijds meer weten, neem contact op met Patricia Mulders.

Spreker: Sienne Cullen, Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid

Omschrijving sessie:
De presentatie ging in op het onderwerp geldezels in relatie tot licht verstandelijke beperking (LVB). Geldezels zijn, mensen die hun bankrekening, pinpas of crypto wallet beschikbaar stellen voor criminele geldstromen. Hoewel ze vaak als daders worden gezien, kunnen ze ook slachtoffer zijn van misleiding, druk of uitbuiting. Vooral jongeren zijn hiervoor kwetsbaar omdat hun prefrontale cortex, verantwoordelijk voor impulsbeheersing en risico-inschatting, nog niet volledig ontwikkeld is. Daarnaast kunnen factoren zoals armoede, sociale uitsluiting en een LVB (IQ 50-85) de kwetsbaarheid vergroten.

Jongeren met een LVB hebben extra moeite met risico inschatting, beperkte impulsbeheersing, leven in het hier en nu en zijn gevoelig voor manipulatie. Criminele netwerken maken hiervan misbruik en ronselen hen via sociale media, familie of de buurt. De straatcultuur speelt hierbij een rol: status, geld en snelle successen maken jongeren vatbaar voor criminaliteit. Wat begint als een ‘onschuldige’ taak, kan uitmonden in structurele uitbuiting.

Binnen CCV-pilots wordt op het vlak van LVB gewerkt aan bewustwording, training van professionals en betere bejegening van LVB-jongeren. Belangrijk is om verder te kijken dan het gedrag – het geldezelen – en jongeren perspectief te bieden in plaats van enkel te straffen. Ondersteuning blijft nodig.

Tot slot wordt vanuit het ministerie van JenV en het CCV gekeken naar mogelijkheden voor een inkeerregeling, zodat jonge geldezels op tijd kunnen uitstappen en niet verder afglijden in de criminaliteit.

Opvallende uitspraken:

  • Mensen met een licht verstandelijke beperking hebben langdurige en structurele ondersteuning nodig. Dit werkt het beste als ze met een vast persoon werken.
  • Voorlichting is heel belangrijk, maar de groep is zeer heterogeen en door beperkingen in het adaptief vermogen is een enkele boodschap niet voldoende.
  • De boodschap moet op verschillende manieren en herhaaldelijk op verschillende momenten worden gepresenteerd.

Spreker: Martijn Krijnsen, Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid

Een aantal deelnemers liet zich bijpraten over de laatste updates en ontwikkelingen binnen de mkb City Deal projecten. De projecten zijn inmiddels in de afrondende fase. Heb je het gemist maar wil je nog meer informatie over dit onderwerp? Neem dan contact op met Martijn Krijnsen.

Tijdens het gesprek aan deze netwerktafel worden inzichten over het inzetten en versterken van bestaande interventies en initiatieven gedeeld.

Gespreksleider Roy Tomeij

Kernpunten

Huidige inzet van interventies

  • Slechts 20% van de aanwezigen zet al interventies in voor jongeren met een LVB in relatie tot cyberproblematiek.
  • De meeste organisaties (80%) doen dit nog niet structureel.

Uitdagingen en behoeften

  • Gebrek aan structuur: Er is weinig aanbod en veel wordt ad hoc gedaan.
  • Segmentatie nodig: LVB is te algemeen. Segmentatie op ontwikkelingsleeftijd én sociaal-emotionele ontwikkeling is cruciaal.
  • Vroegsignalering ontbreekt: Signalen worden vaak te laat opgepikt.
  • Privacy belemmert samenwerking: Angst om te delen, terwijl er binnen de AVG meer mogelijk is dan gedacht.

Goede voorbeelden en bestaande initiatieven

  • Politie: Interventies via “Bank voor de klas” en aanpak van geldezels, met nadruk op zorgkader.
  • Gemeente Katwijk: Heeft convenant en privacytrainingen, past inzichten uit de wegwijzer Jeugd en Veiligheid (CCV) actief toe.
  • BOA’s als vervanging voor schoolagenten: In sommige gemeenten springen zij in het gat dat de politie heeft achtergelaten om via de school de jeugd te bereiken.

Belangrijke uitspraken

  • “Geldezels zijn daders, maar ook slachtoffers.”
  • “We zien de signalen, maar vaak te laat.”
  • “Er is veel mogelijk binnen de AVG, maar angst overheerst.”
  • “Gebruik de ogen en oren van de wijk: boa’s, wijkteams.”
  • “Laat het CCV het thema LVB en Cyber steviger oppakken.”

Aanbevelingen en vervolgstappen

  • Landelijke regie gewenst om witte vlekken in kaart te brengen.
  • Format of tool ontwikkelen voor snelle AVG-toetsing.
  • Bekendheid vergroten van bestaande middelen zoals de CCV-wegwijzer Jeugd en Veiligheid.
  • Ouderbetrokkenheid versterken, vooral bij ouders die zelf moeite hebben met ondersteuning.
  • Bestaande interventies aanpassen voor LVB-doelgroep (zoals “Echt of Nep”-film), de Instagram Geldezelfuik

Tijdens het gesprek aan deze netwerktafel gaat het over het verbeteren van interdisciplinaire (gemeentelijke) samenwerking.

Gespreksleider Harriët van de Aa

Kernpunten

Online criminaliteit en LVB-doelgroep

  • Jongeren met een LVB zijn kwetsbaarder voor online criminaliteit (bijv. geldezels, cybercrime).
  • Er is sprake van een groeiende jonge aanwas (125 jongeren in één wijk).

Signalering vanuit het onderwijs

  • Speciaal (basis)onderwijs en voortgezet onderwijs signaleren risico’s, maar expertise ontbreekt vaak.
  • Er is fragmentatie in kennis en aanpak: leerkrachten zijn onvoldoende toegerust.
  • Er is behoefte aan structurele kennisoverdracht aan leerkrachten (bijv. via themaweken of kerndoelen).

Samenwerking en casuïstiek

  • Casussen mogen niet besproken worden tijdens halt overleggen, maar signalen wel.
  • Bij casuïstiek: individuele persoonsgerichte aanpak.

 PMG-aanpak

  • PMG = landelijke pilot, door gemeenten naar eigen inzicht vormgegeven.
  • In Breda loopt dit goed: vast netwerk, korte lijnen, samenwerking met jongerenwerkers.
  • Gegevensdeling is mogelijk binnen PMG, mits goed onderbouwd met een “bekendheidcheck”.
  • AVG hoeft geen belemmering te zijn als er duidelijke zorgen zijn over afglijden in criminaliteit.

Opschaling en organisatie

  • In Breda werken inmiddels 2 personen fulltime (36 uur) aan deze aanpak.
  • De aanpak is potentieel opschaalbaar, mits er regie en middelen zijn.
  • Regie ontbreekt nu vaak; gemeenten worden aangekeken, maar er is ook een rol voor ministeries.

Samenwerking en kennisdeling

  • Meer regie gewenst: centrale coördinatie ontbreekt op landelijk niveau.
  • Er is behoefte aan een landelijk platform waar scholen en gemeenten informatie en interventies kunnen vinden.
  • Suggestie: Kennisnet, PO-Raad of Stichting School & Veiligheid als trekkende partij.
  • Ouders, scholen, leerlingen moeten betrokken zijn bij regionale samenwerkingsverbanden.

Aandachtspunten en aanbevelingen

  • Doorbreek eilandjes: professionals, gemeenten en scholen moeten elkaar beter vinden.
  • Professionaliseren van leerkrachten in omgaan met LVB en online risico’s.
  • Zet in op kennisdeling en communicatie.
  • Sluit aan bij bestaande beleidsdoelen en themaweken om bewustwording te vergroten.

Conclusie

De aanpak van online criminaliteit bij jongeren met een LVB vereist een integrale en gezamenlijke aanpak van onderwijs, gemeenten, hulpverlening en ouders. De PMG-aanpak biedt perspectief, maar vraagt om duidelijke regie, kennisdeling en centrale coördinatie. De fragmentatie in aanpak en kennis moet worden doorbroken met een gezamenlijke missie en centrale ondersteuning vanuit landelijke organisaties.

Tijdens het gesprek aan deze netwerktafel werd gesproken over het effectief bereik van een doelgroep.

Gespreksleider Astrid van Erk

Kernpunten

Wat ontbreekt er?

  • Vanuit het onderwijs kwamen signalen dat professionals moeite hadden om op een goede manier aandacht te besteden aan jongeren met een complexe thuissituatie. Vaak hadden ouders zelf ook een belast verleden, wat het betrekken van hen extra ingewikkeld maakt.
  • Het verlies van vangnetten werd bevestigd; ouderbetrokkenheid ontbreekt vaak. Ook kwam ter sprake dat jongeren geregeld een ondersteunende rol innemen richting hun ouders, met name in de online omgeving.
  • De fijne lijn tussen slachtofferschap en daderschap bij jongeren in kwetsbare posities werd benoemd als zorgelijk punt.

Hoe werd de doelgroep bereikt?

  • Persoonlijk contact en begrip:
    Het belang van eerlijk en oprecht contact werd benadrukt. Reguliere instanties blijken vaak onvoldoende kennis te hebben van licht verstandelijke beperkingen (LVB). Hierdoor worden jongeren overschat en krijgen zij te veel informatie tegelijk, wat leidt tot verwarring en onbegrip. Een praktijkvoorbeeld werd gedeeld waarin vooraf bellen met een specialist ondersteuning bood, ook binnen de kaders van de AVG-wetgeving.
  • Ruimte voor de professional:
    Het wordt van belang geacht dat professionals het vertrouwen krijgen om hun vak naar eigen inzicht uit te oefenen.
  • De online uitdaging:
    De vraag werd gesteld hoe men kon achterhalen wat een 14-jarige met een LVB online deed. Offline waren jongeren soms nog zichtbaar, maar online vaak niet. Gesloten groepen maakten dit extra lastig.
    Er werd een voorbeeld besproken van iemand die ‘tussen de jongeren’ stond en daardoor signalen kon opvangen, ook van mogelijk grensoverschrijdend gedrag. Opvallend was dat signalen van politie vooral via offline kanalen binnenkwamen, terwijl online toezicht vrijwel ontbrak. Tegelijkertijd blijkt dat jongeren niet zitten te wachten op ouders of professionals op platforms als Snapchat, maar dat een combinatie van online aanwezigheid en offline beschikbaarheid wél effectief kan zijn.

Preventie en bewustwording

  • Inzet van studenten:
    Studenten uit opleidingen zoals Social Work en Pedagogiek werden ingezet bij projecten waarin zij in contact met jongeren scènes naspeelden. Jongeren gaven tijdens deze rollenspellen soms zelf grenzen aan, wat leidde tot andere wendingen in de situaties.
  • Verminderde risico-perceptie bij LVB-jongeren:
    Er werd aangegeven dat jongeren met een LVB vaak niet beseften dat zij zelf in vergelijkbare risicosituaties terecht konden komen. Afschrikmiddelen lijken ineffectief; zachte, invoelende communicatie werkt beter.
  • Gebruik van ervaringsdeskundigen:
    Het inzetten van ervaringsdeskundigen wordt als waardevol gezien. Zij weten vaak een brug te slaan tussen professionals en de doelgroep. Gesprekken over onderwerpen als seksuele uitbuiting zijn met ouders van LVB-jongeren moeilijk te voeren; ervaringsdeskundigen kunnen hier ondersteuning bieden.
  • Realiteitszin:
    Het werd ook benoemd dat het soms nodig was te accepteren dat bepaalde jongeren niet (voldoende) bereikbaar waren. Tegelijkertijd blijft de vraag bestaan of er nog iets gemist wordt dat verbetering kan brengen.
  • Niveaus en methodes:
    Het is een gelaagd probleem. Alleen praten blijkt niet altijd de oplossing; juist aanwezig zijn op de momenten dat jongeren vragen hadden, was van wezenlijk belang.
  • Preventielessen en effectiviteit:
    Er zijn preventielessen beschikbaar, maar de toepassing is afhankelijk van de school. Zolang criminaliteit een verdienmodel blijft, zal een deel van de jongeren geneigd blijven dit pad te kiezen. Daarbij ontbreekt het aan duidelijke opsporingsstructuren om signalen tijdig op te pakken.

Waarop moet de overheid investeren?

  • In jongeren, ouders en scholen.
  • Er zijn wel instrumenten beschikbaar, maar deze bereiken de doelgroep vaak niet.
  • Veel instellingen wachten op richtlijnen en wetgeving voordat zij ingrijpen.
  • Ook werd er gewezen op bredere maatschappelijke trends in opvoeding die invloed hebben op het probleem.

Reflecties en aanbevelingen

Belangrijke inzichten uit het gesprek:

  • Online aanwezig, offline beschikbaar: jongeren moeten weten dat hulp beschikbaar is, zonder dat dit opdringerig overkomt.
  • De rol van de overheid: meer regie, betere verspreiding van bestaande middelen en aandacht voor structurele aanpak.
  • Vergeten doelgroep: jongeren met een LVB worden vaak over het hoofd gezien of overschat.
  • Vroeg inzetten van ervaringsdeskundigen: essentieel voor verbinding en wederzijds begrip.
  • Peer-education en interactie: jongeren leren van elkaar, mits er ruimte is om in te grijpen.
  • Criminaliteit blijft aantrekkelijk: zolang het winstgevend blijft en een harde aanpak ontbreekt, blijft het voor sommigen een logische keuze.
  • Docenten als signaleringspunt: docenten zien veel, maar missen vaak de tools om effectief te handelen.

 

Tot slot

Er was brede overeenstemming over het belang van samenwerking, het tijdig herkennen van signalen en het ontwikkelen van een andere blik op jongeren met een LVB. Hoewel er geen eenvoudige oplossing voorhanden is, blijkt er een gedeelde bereidheid om verder te bouwen aan preventie, bewustwording en ondersteuning.

Sprekers: Nicole Jeunet en Lotte Tates

Omschrijving sessie:

Tijdens de break-outsessie werden de deelnemers meegenomen in de wereld van licht verstandelijke beperking (LVB) aan de hand van de OLLIE-METHODE®. Deze methode biedt psycho-educatie over LVB, zowel aan mensen mét als zonder LVB, met als missie: meer bekendheid creëren én op de juiste manier uitleg geven over wat een LVB écht inhoudt. Want wat is een LVB precies? Hoe functioneert het brein van iemand met een LVB in een maatschappij die snel, complex en digitaal is? En wat is de link met cybercriminaliteit?

Een LVB is vaak onzichtbaar aan de buitenkant, maar van binnen werkt het brein net even anders. Binnen de OLLIE-METHODE® spreken we daarom van een ‘Langzaam Verwerkend Brein’ en daarnaast denkt, doet en voelt iemand zich jonger van binnen. Dit brengt specifieke uitdagingen met zich mee, zoals impulsiviteit, moeite met het overzien van oorzaak en gevolg, een vol hoofd, overvraging, beperkte gewetensontwikkeling en het niet leren van eerdere ervaringen. Daarnaast speelt een sterke behoefte aan sociale contacten en erkenning een rol. Al deze factoren kunnen de kwetsbaarheid voor cybercriminaliteit vergroten.

In de sessie gingen deelnemer met elkaar in gesprek over wat er nodig is om hier preventief op in te spelen. Duidelijk werd dat samenwerking in de gehele context essentieel is: alleen dan kunnen we mensen met een LVB écht ondersteunen en beschermen tegen digitale gevaren.

Opvallende uitspraken/tips:

  • “Ik begreep eerst niet waarom iemand met een LVB herhaaldelijk dezelfde ‘fout’ kan maken, maar na jullie break-out sessie begrijp ik dit veel beter.”
  • “Op deze manier lijkt het bijna onmogelijk om níet in het criminele circuit te belanden, wat kunnen we wél doen om dit te voorkomen?”
  • “Samenwerking is van wezenlijk belang, laten we (zorg en overheid) elkaar vaker vinden en gebruik maken van elkaars expertise.”
  • “Is er voldoende aandacht voor cultuursensitief werken? Hoe kunnen we dit verbeteren en sensitief zijn voor de verschillen tussen de ik en wij-cultuur?”
  • “Kunnen jullie niet bij meerdere organisaties uitleg geven over LVB? Dit lijkt me erg waardevol.”

 Afspraken/Actiepunten:
De samenwerking opzoeken tussen zorg en overheid om op deze manier korte lijnen te hebben én gebruik te maken van elkaars expertise.

Meer informatie:

Spreker: Patricia Mulders, gemeente Breda

Omschrijving sessie:

Tijdens deze sessie gaven twee cyberambassadeurs de bezoekers een inkijk in het initiatief Cyber Ambassadeurs Breda. Hierbij werd toegelicht dat een groep van dertig vrijwillige cyberambassadeurs zich actief inzet om de bewustwording rondom online criminaliteit onder de inwoners van de gemeente Breda te vergroten.

Zij doen dit onder andere door het geven van presentaties en workshops over digitale veiligheid. Daarnaast organiseren zij de interactieve Cyber Kennisbingo, zijn zij aanwezig op veiligheidsmarkten en verzorgen zij gastlessen op basisscholen. In de periode van januari tot en met juni 2025 hebben de cyberambassadeurs op deze manier al 665 inwoners bereikt.

Inmiddels werken de cyberambassadeurs samen met het Digi-Taalhuis, de bibliotheek, de politie, slachtofferhulp, het Centrum voor Jeugd en Gezin, Zorg voor Elkaar en Avans Hoge School. Tot slot kregen de deelnemers tips hoe ze vanuit hun eigen gemeente kunnen starten met een initiatief zoals Cyber Ambassadeurs Breda. Zoals: denk onder andere aan commitment met college en bestuur, het schrijven van een projectplan, het werven van vrijwilligers en coördinatie.

Opvallende uitspraken:

  • Hoe worden de cyberambassadeurs opgeleid en hoe blijven ze up-to-date? Cyberambassadeurs worden door andere deskundige cyberambassadeurs opgeleid en krijgen tussentijds een masterclass vanuit een cybercrime deskundige.
  • Hoe zorgen jullie ervoor dat je zichtbaar blijft? We schrijven op social media, wijkkranten en er is zelfs een werkgroep Acquisitie om organisaties en verenigingen aan te schrijven.

Wil je meer weten over het initiatief: neem contact op via het contactformulier wat te vinden is op www.breda.nl/cyberambassadeurs.

Lancering magazine CyberConnect

Lancering magazine CyberConnect tijdens de kwartaalsessie cyberweerbaarheid van het CCV.

De dag werd plenair afgesloten met een terugkoppeling vanuit de netwerktafels: wat hebben we opgehaald en waar kunnen we samen verder mee aan de slag? Aansluitend werd het magazine CyberConnect gelanceerd. Patricia Mulders, Aanjager Digitale Veiligheid bij de Gemeente Breda, en Loes van Gerwen, medewerker Openbare Orde en Veiligheid namens de gemeenten Alphen-Chaam, Baarle-Nassau en Gilze en Rijen, introduceren het magazine.

Het magazine laat zien waarom het belangrijk is dat cyberveiligheid breder binnen gemeenten wordt opgepakt. Nu ligt de verantwoordelijkheid vaak bij een medewerker veiligheid, terwijl digitale veiligheid álle domeinen raakt. Het magazine is bedoeld als inspirerende start: een aanmoediging om de samenwerking tussen beleidsdomeinen op gang te brengen of verder te versterken. Het magazine CyberConnect kun je hier downloaden.

We rondden de dag af met een gezellige netwerkborrel.

Heb je vragen naar aanleiding van deze kwartaalsessie Lokale Cyberweerbaarheid? En wil jij ook aan de slag met de aanpak van cybercrime en gedigitaliseerde criminaliteit? Neem dan contact op met CCV-adviseur Doris van Rooijen.