Er bestaat geen afdwingbaar recht op vervangende woonruimte

ABRvS 27 juli 2022, ECLI:NL:RVS:2022:2106
In een woning wordt een in werking zijnde hennepkwekerij aangetroffen met in totaal 192 hennepplanten. Ook waren er vermoedelijk eerdere oogsten. De burgemeester sluit de woning voor drie maanden. De bewoner voert aan dat hij als gevolg van de sluiting in zijn huisrecht wordt aangetast en hij vreest dat hij dakloos zal worden. De Afdeling oordeelt echter dat hij de sluiting van de woning aan zichzelf te wijten heeft en dat de gevolgen van die sluiting voor zijn rekening en risico komen. Verzoeker heeft geen afdwingbaar recht op een andere, vervangende woning. Wel mag hij verwachten dat de burgemeester rekening houdt met zijn woonsituatie. Dat heeft de burgemeester gedaan door aan te geven dat de verzoeker kan rekenen op ondersteuning door de gemeente bij het vinden van vervangende huisvesting, bijvoorbeeld via het Sociaal Wijkteam. Verder heeft de burgemeester geattendeerd op de daklozenopvang die ondersteuning biedt bij dreigende dakloosheid en op opvangorganisatie Wender. De burgemeester heeft zich de woonbelangen van verzoeker voldoende aangetrokken, aldus de Afdeling.