Belang van zichtbare sluiting

ABRvS 20 december 2017, ECLI:NL:RVS:2017:3481
Het verhuurbedrijf heeft meegewerkt aan de beëindiging van de overtreding en het voorkomen van herhaling. Met deze maatregelen wordt echter niet voldaan aan alle doelen van de beleidsregel. Sluiting van de woning is namelijk een zichtbaar signaal naar de omgeving dat de overheid optreedt tegen drugscriminaliteit in woningen. Hierdoor heeft de sluiting van de woning een herstellend effect, ongeacht de genomen maatregelen van de verhuurder.
ABRvS 24 april 2019, ECLI:NL:RVS:2019:1310
De burgemeester moet het sluitingsbesluit beter motiveren. De belanghebbende doet een beroep op het gelijkheidsbeginsel, omdat de burgemeester de woning van een woningcorporatie niet sluit als de woningcorporatie overgaat tot ontbinding van de huurovereenkomst. De belanghebbende is een particuliere verhuurder en in zijn geval wordt niet afgezien van sluiting. De Afdeling oordeelt dat de burgemeester het in het beleid gemaakte onderscheid tussen woningbouwcorporaties en particuliere verhuurders onvoldoende heeft gemotiveerd.
Vervolg: ABRVS 29 April 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1147
In de belangenafweging hoeft niet alleen het belang van zichtbare sluiting te worden meegenomen. Ook andere belangen zoals het belang van volkshuisvesting mogen worden meegenomen. De burgemeester heeft voldoende gemotiveerd dat particuliere verhuurders niet in dezelfde mate het belang dienen van volkshuisvesting als woningbouwcorporaties dat doen. De burgemeester heeft daarmee tevens voldoende gemotiveerd waarom het belang van zichtbaar optreden tegen drugshandel (middels sluiting), zwaarder weegt in het geval van particulier verhuur dan bij verhuur door woningbouwcorporaties.