Signaleren is het begin en daarna doorpakken

Armoede, werkloosheid, schulden. Kinderen met gedragsproblemen, autisme, een licht verstandelijke beperking. En dat vaak tegelijkertijd. Dat maakt gezinnen met multiproblematiek kwetsbaar voor de aanzuigende werking van criminaliteit. Hoe zorg je ervoor dat criminelen minder vat op kwetsbare groepen krijgen? Divosa sprak met Nicole Langeveld, adviseur Veiligheid en Zorg bij het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (het CCV) en cliëntondersteuner Elke Leijten van MEE De Meent Groep. De samenleving heeft de taak haar kwetsbare burgers te beschermen, vinden beiden. “Signalering is het begin, en daarna moet je doorpakken”, zegt Langeveld.
Leijten, gespecialiseerd in het ondersteunen van mensen met een beperking, benadrukt het nog maar eens: “Het zijn de bewegingen, het gedrag, waar je op moet letten. Hoe ziet de woning eruit? Liggen er ongeopende rekeningen op tafel? Heeft iemand vrienden, een netwerk? Er zijn legio signalen. Het is de kunst ze te herkennen.”
Vaak hebben professionals een onderbuikgevoel dat er in een gezin meer mis is, maar dat kunnen ze niet direct hard maken. Langeveld zegt daarover in het artikel: “Je moet je als professional veilig genoeg voelen om een signaal ergens neer te leggen, te bespreken en verantwoordelijkheid te nemen. Er wordt nog te vaak afgeschoven.” Tijd en capaciteit lijken ook vaak een hindernis in de aanpak, maar volgens Langeveld is het ook een kwestie van keuzes maken. “Je moet altijd concurreren met andere doelstellingen. Wil je echt inzetten op preventie, dan moet de gemeente de regie pakken en inzetten op outreachend werken.”