Secondant: Wat te doen met een vermoeden van ouderenmishandeling?

De toegang tot laagdrempelige ouderenzorg is afgesloten en er is onvoldoende huisvesting voor senioren. Thuiswonende ouderen die het niet meer overzien, zijn afhankelijk van hun naasten en dat maakt hen kwetsbaar. Voormalig verpleeghuisarts en politiearts Theo Trompetter, vertelt in Secondant over zijn werk waarin hij steeds meer gevallen van ouderenmishandeling en financiële uitbuiting tegenkomt. “Deze mensen zijn een gemakkelijke prooi voor hun omgeving.”

Sinds de jaren ‘90 is Trompetter ook medisch adviseur (arts) en opleider in het sociaal-domein. Trompetter verzorgt opleidingen en studiedagen voor o.a. artsen, medisch adviseurs, en notarissen. Tevens maakt hij expertise-rapporten op voor gemeenten en rechtbanken.

Laagdrempelige zorg

Nederland vergrijst. Niet alleen het aantal ouderen neemt toe, maar met name het aantal hoogbejaarden. In 2015 werd de toegang tot laagdrempelige ouderenzorg afgesloten, de indicatie voor het reguliere verzorgingshuis werd niet meer afgegeven. Sinds die tijd blijven al die mensen thuis wonen. Ook na een hersenbloeding, bij beginnende dementie of andere neurologische aandoeningen.

Familieverbanden

“Deze mensen zijn een gemakkelijke prooi voor hun omgeving”, merkt Trompetter op. “Dat kan de mantelzorger zijn of een ‘behulpzame’ buur.” Trompetter kan eindeloos veel praktijkvoorbeelden geven van geestelijke en fysieke mishandeling van ouderen en financiële uitbuiting. Zoals de oude man die na het overlijden van zijn vrouw niet meer voor zichzelf kan zorgen. Hij raakt volledig afhankelijk van zijn dochter en zo kan het komen dat ze hem ertoe aanzet dat hij zijn andere kind uit het testament schrapt. Trompetter: “In de loop der jaren heb ik zoveel familieverbanden uit elkaar zien spatten door de manipulatie van een van de kinderen.”

Niet-pluisgevoel

Professionals die signalen oppikken van situaties waarin ouderen klem zitten, weten vaak niet hoe te handelen. Een huisarts behandelt niet alleen de vader met Alzheimer, maar ook diens inwonende verslaafde zoon. De medewerkers van een zorginstelling kijken bevreemd naar de relatie tussen een bejaarde bewoonster en de veel jongere man die dagelijks bij haar is. De notaris krijgt een niet-pluisgevoel van de wens van een kinderloze senior die alles wil nalaten aan een neef die onlangs opdook in zijn leven.