Product toegevoegd aan winkelmand
 

Veiligheidsbeleving


Bepaalde dadergroepen zetten de veiligheidsbeleving onder druk

Dit speelt vooral wanneer - in de ogen van burgers althans – sprake is van zogenaamde onaantastbaren: mensen voor wie de buurt bang, waarbij het lijkt dat ook de overheid niet bereid of in staat hen adequaat grenzen te stellen.

Daarbij hoeft het niet meteen om grote criminelen te gaan: er zijn tal van (groepjes) jongens en jonge mannen die in bepaalde buurten precies zo’n status hebben weten te verwerven. Dat maakt het voor burgers twijfelachtig of de overheid (hier) nog wel de baas is op straat en of niet domweg het recht van de sterkste heerst. Met navenante gevolgen voor de veiligheidsbeleving en ervaren rechtvaardigheid.

Informatie en Analyse

In de praktijk blijkt het voor bestuurders en beleidsmakers soms aantrekkelijk om signalen over onaantastbaarheid te negeren. “Dat zal bij ons toch wel meevallen”? Het onder ogen zien van de problematiek kan immers onprettig zijn: het strookt niet met het beeld dat je graag van je gemeente (en je eigen organisatie) wilt hebben en daarnaast: erkennen dat het probleem bestaat maakt je ook medeverantwoordelijk voor de aanpak. En die is erg lastig (zie onder Actie). Dus als je dat kunt ontwijken….

Vooral lastig is daarnaast dat de problematiek nauwelijks uit registraties naar voren zal komen. Naarmate mensen meer bang zijn zullen zij immers minder geneigd zijn informatie te geven aan politie en/of gemeente. Goed ingevoerde sleutelfiguren op de werkvloer zullen wel signalen hebben.

In het verleden bleek dat zij die signalen echter soms lastig kwijt kunnen in de eigen organisatie, omdat die signalen niet stroken met wat uit de officiële informatiesystemen blijkt. Nader onderzoek is in zo’n situatie zeker geboden, vooral door vertrouwelijke gesprekken aan te gaan met bewoners. Project M kan daar soms ondersteuning bij bieden.

Actie

Door de bank genomen moet éérst door de overheid (vaak: politie) worden opgetreden alvorens ook iets van burgers zelf kan worden gevraagd. Dat optreden moet zichtbaar en geloofwaardig zijn. Dat maakt de betrokken burgers duidelijk dat hun probleem gezien wordt, dat de grenzen worden gesteld aan de betrokken dadergroep en dat het de overheid is die de baas is op straat.

Dat klinkt overigens makkelijker dan het in de praktijk blijkt te zijn. Repressief optreden is vaak lastig omdat de onaantastbaren zich – in ieder geval strafrechtelijk gezien - relatief ongrijpbaar tonen. Zorg dus dat bij het vaststellen van de prioriteiten niet alleen de juridische zwaarte van de gedragingen waar het om gaat een rol speelt, maar vooral ook de maatschappelijke impact wordt meegewogen.

Onderken daarnaast dat een succesvolle aanpak van deze individuen en groepen complex is en veel creativiteit en een lange adem vraagt. Dat maakt dat niet zozeer het wat maar het wie de doorslag zal geven: belast alleen de beste mensen met de vormgeving en uitvoering van deze aanpak.

Voorbeelden

© Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid