Veiligheid en vertrouwen
In dit advies gaat de Raad voor het openbaar bestuur op zoek naar de wisselwerking tussen vertrouwen en veiligheid. Want de mate waarin burgers op persoonlijk en maatschappelijk gebied zich veilig voelen, wordt voor een belangrijk deel bepaald door de functie die de overheid in de zorg voor veiligheid vervult. En de wijze waarop de overheid functioneert, is weer van invloed op de mate waarin burgers hun overheid vertrouwen.
Probleemstelling
Wat is het verband tussen veiligheid en het vertrouwen dat burgers in hun overheid hebben en op welke wijze kan het vertrouwen van de burger in de overheid door veiligheidszorg worden versterkt?
Beschrijving
Hoewel criminaliteitscijfers dalen en ook de beleving van onveiligheid daalt, wordt criminaliteit als een van de belangrijkste maatschappelijke problemen beschouwd. Hoe kan het dat de onrust over onveiligheid alleen maar groeit?
Volgens de Raad heeft dat niet alleen te maken met de kloof tussen objectieve en subjectieve veiligheid, maar ook met een aanpak van onveiligheid door de overheid die niet het antwoord is op gevoelde onveiligheid bij burgers en in de samenleving. Verder is er verschil in waardering van het belang van veiligheid tussen burger en overheid: de veiligheidsprioriteiten van de regering (risicojongeren, veelplegers en radicalisering van jonge moslims) worden door burgers heel anders gewaardeerd. Zij vinden andere problemen belangrijker, zoals de verkeersveiligheid en het negeren van verkeersregels, en de kosten van zorg en hervormingen in het zorgstelsel.
De Raad analyseert aan de hand van een aantal thema’s op het gebied van veiligheid, onveiligheid en veiligheidszorg hoe het voorgaande en de veranderende samenleving inwerken op het vertrouwen van burgers in de overheid.
Tezamen met dit advies brengt de Raad een essaybundel uit over de rol van burgers bij veiligheid en de verwachtingen die zij hebben van de overheid. In het advies wordt regelmatig verwezen naar de inzichten die de essayisten naar voren brachten.
Conclusies
De verdeling van verantwoordelijkheid voor veiligheid tussen burger en overheid is nu niet helder. De Raad beveelt daarom aan dat de minister van Veiligheid en Justitie het initiatief neemt om een begin te maken met een brede maatschappelijke discussie over de verantwoordelijkheidsverdeling tussen burger en overheid voor veiligheid. Op basis daarvan moet er een visie komen waarin oog is voor sociale veiligheid en aandacht is voor de waarde die burgers hechten aan subjectieve veiligheid. In deze visie moet het positieve perspectief op veiligheid een plaats krijgen in plaats van het alsmaar benadrukken van onveiligheid.
Harde maatregelen om criminaliteit tegen te gaan helpen niet bij het vergroten van het veiligheidsgevoel van burgers. De mate waarin mensen zich onveilig voelen, is gerelateerd aan hun directe omgeving. Het is daarom volgens de Raad verstandig burgers veel meer te betrekken bij veiligheidskwesties. Zowel bij de beleidsvorming als de uitvoering kunnen burgers veel meer betekenen dan nu het geval is. Het zijn primair de gemeenten die dit gestalte kunnen geven.
Overlast en verloedering zijn volgens de Raad van grote invloed op het veiligheidsgevoel. Het tegengaan daarvan is alleen succesvol als het wordt gezien als een opgave voor de hele samenleving. Als goed voorbeeld van een gezamenlijke aanpak noemt de Raad het succesvolle project Kleurkracht Escamp/Rolmodellen in Den Haag, waarbij burgers en maatschappelijke instellingen samen met de overheid de overlast bij grote evenementen wisten in te perken.
ISBN
978-90-5991-060-7
Organisatie
Raad voor het openbaar bestuur