Product toegevoegd aan winkelmand
 

Drugscriminaliteit


Jongeren en georganiseerde drugscriminaliteit in de regio Den Haag

Dit onderzoek gaat na in hoeverre jongeren in de Regionale Eenheid Den Haag bij de drugscriminaliteit betrokken zijn, wat de voedingsbodems daarvoor zijn en welke (preventieve) maatregelen mogelijk zijn om te voorkomen dat jongeren te maken krijgen met de drugshandel.
Naast het schetsen van een algemeen, regionaal beeld heeft verdiepend onderzoek plaatsgevonden in 3 gemeenten: Den Haag, Delft en Noordwijk.

Conclusies

  • De drugsproblematiek concentreert zich in bepaalde buurten (hotspots) en wordt grotendeels veroorzaakt door de eigen inwoners.
  • Er zijn meer jongeren betrokken bij de drugscriminaliteit dan de ‘Jonge Aanwas’ en ‘Rising Stars’, volgens de strikte definitie van de politie. Beter is te spreken van ‘jongeren’ om definitieproblemen te vermijden en andere kwetsbare jongeren over het hoofd te zien.
  • De criminele samenwerkingsverbanden (netwerken) zijn niet uitsluitend drugsgerelateerd, maar hebben een generiek karakter.
  • De jongeren binnen de drugsnetwerken maken regelmatig deel uit van problematische jeugdgroepen die al in beeld zijn bij de politie.
  • Jongeren raken veelal geleidelijk verstrikt in de drugscriminaliteit; van directie werving van kwetsbare jongeren is soms ook sprake of via familiebanden.
  • De pushfactoren – voedingsbodems – voor het betrokken raken bij de drugscriminaliteit, zijn vergelijkbaar met die van gewone (niet-drugs) criminaliteit en spelen zich af op individueel en gezinsniveau.
  • Sommige pullfactoren, met name het snelle (en vele) geld, lijken drugsspecifiek te zijn.
  • Het blijkt in de praktijk moeilijk voor instanties om ‘aan de voorkant’ van de problematiek te komen. Dit geldt voor jeugdproblematiek in het algemeen en voor het voorkomen dat jongeren betrokken raken bij de drugscriminaliteit, in het bijzonder.
  • Er zijn diverse signalen waarneembaar die erop duiden dat jongeren betrokken kunnen zijn/raken bij de georganiseerde drugshandel, alleen worden die onvoldoende op elkaar betrokken of met elkaar in verband gebracht. De vele projecten dragen niet bij aan een duidelijke signalerings- en aanpakstructuur.
  • Scholen en sportvoorzieningen als ‘vindplaatsen’ voor dergelijke signalen zijn thans nog onderbenut.
  • De rol van het strafrecht is wat betreft het voorkomen dat jongeren betrokken raken bij de drugscriminaliteit, beperkt. Het strafrecht geldt als ultimum remedium en is beter op zijn plaats voor criminelen die al verder in hun criminele carrière zijn.

Download

© Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid